Nee, dit stuk gaat niet over flitsfaillissementen.
Ja, het is een kwestie van smaak. Maar je zou toch denken dat ook de doelgroep, althans hun ouders, een beetje moe wordt van namen van kinderdagverblijven, peuterspeelzalen en dergelijke, hier samengenomen onder de naam KDV.
Er zijn natuurlijk KDV’s met neutrale namen, zoals de jagershof en de vlieger, of met eigennamen: Evy, Catootje en tante Riet. De literaire verwijzingen zijn legio, zoals Alice in wonderland, Biebelebons, Gulliver, Ienie Mienie, de kleine Johannes en de kleine prins, Kakelbont, Knorretje, Madelief, Piggelmee, Pinokkio, Paddington, Pinkeltje, en Nijntje Pluis. Annie Schmidt is vertegenwoordigd met Otje, Pluk, de Stampertjes en Poppejans, terwijl zeker zeven gemeenten een Petteflet kennen. Filmheld Happy Feet is ook vernoemd, terwijl literatuur en tv in elkaar overlopen bij Dikkie Dik, de Flintstones en de Grobbebollen. Verder zijn er variaties zoals de Petteflat en de Grobbevogels.
Is een verkleinwoord eerst aardig – er is niks mis met ’t molentje –, in een reeks wordt het snel mal: ´t mouwtje, ’t elfenbankje, de kaboutertjes, kikkertjes, lammetjes, lieverdjes, sterretjes en voetstapjes. W.G. van der Hulst ligt op de loer. Voort gaat het met Duimelijntje, Duimelotje, blauwkapje, het klavertje, het lieveheersbeestje, het droompaleisje, liefjes, Christoffeltje en Poemelke.
Andere KDV’s proberen te veel knusheid te voorkomen en variëren op “kids” met hello kiddies, kids4life, kidswonderworld, bambini kids (blijkbaar voor echt multiculturele ouders), royal kids en kiddoozz. Royalty is trouwens een categorie op zich, getuige ’t koninkrijkje, het droompaleisje, prins vleermuis en woordspelerigheden: het kinderdagpaleis en kinderRijk.
Alsof het anders onduidelijk zou zijn, benadrukken veel KDV’s hoe klein hun doelgroep is: het zijn ukkies, drie turven hoog, minies en kleine maatjes, en de opvang heet dan ook dwergjesland, hummeltjeshonk, piccolo, le petit of smallsteps.
Dan is er een categorie namen op het grensvlak van cute en wat ik bij gebrek aan een beter woord “ideologisch” noem: woorden die verwijzen naar gewenst of verondersteld levendig peutergedrag. Voorbeelden hiervan zijn babbels, bijdehand, dolleboel, eigenwijz (sic!), ’t herriekuiltje, keetschoppertjes, kleinwijs, kwetternest, het mirakel, pluk de dag, de rakkertjes, de vrije vogels, het woelige hoekje en natuurlijk de zoete inval. Onder ideologie schaar ik ook zaken als veiligheid en diversiteit bij de kinderhaven, de regenboog en vriendjes van dichtbij.
Laat ik eindigen met een bijzondere vermelding voor creActive kids, hoeksteenkids, kits oonlie en eigenwijsjerijk.
Voor meer informatie, zie http://www.beste-kinderdagverblijf.nl/