Maar wat zíjn dat voor barbaren?
Waarom doen ze nou zo raar.
Met hun mitsen en hun maren
zijn ze slecht bemiddelbaar.
Kan iemand hun gedrag verklaren?
Lopen we misschien gevaar?
Uren, dagen, maanden, jaren
lijken doorgaans op elkaar.
Ik hoor heus niet tot de zwaren;
klein gebrekje geen bezwaar.
Maar wat mij is wedervaren
vraagt beslist om commentaar.
Gretig eten ze sigaren
en hun schroeilucht is notoir
door het zitten op de blaren.
Kijk, daar brandt zo’n exemplaar.
Maar als ze een kool ontwaren,
nou, dan zijn de rapen gaar.
Met elektrische gitaren,
krachtig rammend op één snaar,
vieren ze hun schrikkeljaren
met een lofzang op Renoir,
voor wie ze hun lijf ontharen.
Zie hun krappe directoire.
Ze zijn niet te evenaren
als kredietbemiddelaar.
Om hun leningen te sparen
maken ze de bank onklaar,
door biljetten te bewaren
in een waterreservoir.
Afstamming van Krimtataren?
Neuh, dat lijkt me een canard.
Toven-, bedel- of huzaren:
ook daarvan is geen letter waar.
Maar verder zijn het halve garen
daar bij u in het boudoir.